woensdag 25 april 2012

Senior ladrón, donde es mi radio?

Dus, alsof het niet erger kon... Tegen ons gedacht moesten we nog een paar dagen in Puno wachten tot de weg naar Bolivië vrijgemaakt werd. We vroegen bij de toeristenpolitie een veilig plekje om te parkeren en mochten aan de overkant van het plein gaan staan, joepie. We spendeerden de namiddag thee drinkend in een toffe bar dichtbij. Om de tijd te doden gaven we elkaar opdrachtjes om te tekenen, en lachten ons elke keer een breuk toen we toen we elkaar het resultaat toonden. We willen jullie de pret niet onthouden (maar waarschijnlijk moest ge erbij geweest zijn); https://picasaweb.google.com/blondeel/DrawingsPuno

Maar toen we twee uur later bij de auto terugkwamen begon een nieuwe nachtmerrie. Deur opengeforceerd en de ladrónes gaan lopen met autoradio (enkel het frontpaneeltje, dommerikken), foto-tas (gelukkig zonder camera, maar mét zoomlens, batterijen en oplader) en onze back-up harde schijf met al onze foto's. Ze verzamelden alles netjes in Miete's mooie roze rugzak en de flikken die op elke hoek van de straat stonden, op 10 meter afstand, hebben 'niets gezien'.


Toen we meteen aangifte gingen doen werden we hartelijk uitgelachen door de politie en vertikten ze het zelfs bij de omliggende winkels en kraampjes even navraag te doen. Het was dan ook onze eigen fout, want er was niet permanent één van ons twee bij de auto gebleven. 'Say what?'.
Gelukkig was er één lieve aspirant-agent die ons verderhielp en ons vertelde dat we morgen op de zwarte markt (die 2 maal per week op straat gehouden wordt om gestolen toeristengoederen te verkopen) eens moeten gaan kijken. Allezbon, nog een dagje langer in shithole Puno dan. 't Was trouwens toch niet dat we vandaag konden vertrekken want ons batterij is weer plat. Miserie troef!


MieRo got robbed

MieRo wants to go to Bolivia

MieRo in love



maandag 23 april 2012

Frustraciones del Perú

Op de terugweg naar Cuzco gaven we onze auto een (eerste ooit) wasbeurt in een riviertje, we werden zelf gewoon vuil van er naar te kijken. Na 2 uur bollen, enkele regenbuien, stofwegen en roetspuwende autobussen zag je echter niets meer van de blingbling. We sliepen terug op ons eigen geclaimd kampeerplekje in het hart van de stad en aten Indische curry met Alpacavlees, yum! De volgende dag bleef de motor doodstil toen we de sleutel in het contact draaiden en mochten we dus ons driewekelijks bezoekje aan de garage doen. Diagnose was een kapotte relais in de alternator waardoor de batterij overlaadde. Moed niet in de schoenen, we spendeerden gewoon een dagje boeken lezend in een opgekrikte auto in het midden van de straat (de garagisten hebben hier geen eigen atelier) en werden slechts 15euro armer. Wij zijn dus niet de enigen die de reis naar Machu Picchu in ons lijf voelen, een autootje met karakter.

Onze vertraging zorgde er wel voor dat Ross en Hannah ons inhaalden, we konden spannende verhalen uitwisselen bij een frisse pint en een grote schotel...Alpaca in wijnsaus, we krijgen er niet genoeg van. Terwijl zij aan hun Inca-avontuur begonnen, vertrokken wij in de richting van het Titicaca meer. De Peruviaanse kant van het meer boeide ons weinig dus besloten we deze ochtend naar Bolivië te vertrekken. Op honderd kilometer van de grens werden we echter ontvangen door een stenen-en glasgooiende woedende massa. Voor een of andere onduidelijke reden betoogt men de komende 2 dagen en is dus de enige weg naar Bolivië geblokkeerd met fikkende autobanden. Wij dus terug naar Puno, waar al het getoeter en gebrek aan verkeersregels ons vandaag een beetje gefrustreerd maakt. We gaan Peru verlaten zoals we het binnengekomen zijn, mompelend 'Apenland'.

https://picasaweb.google.com/blondeel/PeruDeel3

Garagebeurt

Boze menigte


zaterdag 21 april 2012

Patsjoe Mietsjoe

Met onze koude voeten in dikke kousen gewikkeld verkenden we Cuzco, de magische stad. Hier en daar zit een mevrouwtje met haar dikke vriend de lama, en je botst tegen Inca's die graag op de foto staan. Vooral aan de twaalf hoekige steen, een ongelooflijke puzzelconstructie. Robin zijn ogen vielen uit zijn hoofd toen we een Norton pub tegenkwamen, vol posters, t-shirts en brol van moto's. Gelukkig konden we daar ook iets drinken. Met hoogteziektehoofdpijn kroop hij in bed en fladderde Miet nog een beetje rond op een muziekfestivalletje.

Langs verschillende archeologische site's baanden we onze weg naar de Sacred valley, daar verkenden we een eeuwenoude Inca-citadel op een bergtop. Met de grappen van Urbanus op de radio zigzagden we verder door de vallei en sliepen we in een dorp waar in 700 jaar nog niets veranderd is. De volgende dag passeerden we tientallen mountainbikers op een heerlijk kronkelende bergaf, jaloers! Maar gelukkig moesten wij niet omhoog trappen op de dirtroad die erop volgde. Een nieuwe 'trampolin' waar Robin deze keer rillingen kreeg van de diepte naast zijn stuur. De laatste kilometer werd nog met schoppen en pikhouwelen van een lawine vrijgemaakt en wijlen blij met onze offroadcamionette. Hoe doen die mannen met hun Fiat-Panda-look-a-likes dat hier toch allemaal? Na een dagje moeizaam bollen parkeerden we aan een stationnetje in the middle of nowhere, het dichtste punt dat je met de auto bij Machu Picchu kan geraken.

Meteen begonnen we aan onze wandeling langs het spoor naar Aguas Calientes, waarom zouden we geld verspillen aan een dure trein als zo'n mooie wandeling door de bergen het alternatief is. Na twee uurtjes in scoutspas kwamen we aan in gringotown en gingen we na een dure pizza vroeg naar ons hostelbed, met de wekker om half vier! Voor dag en dauw, met slapers in de ogen begonnen we aan de beklimming van Machu Picchu. Om vijf uur ging de poort aan de voet van de berg open en stormden we met dertig andere enthousiastelingen richting doel. Aan de andere kant van het water was men echter al het spoor zoek en leidde MieRo de bende in de goede richting. Na een half uur omhoog, minus twee liter zweet en met twintig cocabladeren achter de tanden moesten we de echte alpinisten toch laten voorgaan terwijl wij eventjes bekwamen. Maar met herwonnen moed kwamen we net voor zes uur boven, op tijd om de zon over de bergen te zien loeren (nog net voor de éérste toeristenbus) en bij de eersten ons ingangsticketje te laten scheuren.

De beloning voor het uurtje hard labeur was een lege Inca stad die ontwaakte onder het gedempte ge-ooow en ge-waauw van de stappers. We legden ons in het gras, lieten ons lichaam de energie van alles rondom ons opslorpen en begonnen uiteraard aan een fotosessie alvorens de muurtjes volliepen met Japanners. De komende uren stal ons oor hier en daar een uitlegje van een gids, verkenden we de huisjes en zelfs stadsdouches en zagen we (uiteraard) eerdere reisgenoten terug. Vanop de bergtop zagen we ook de route die we de dag ervoor hadden afgelegd en die we dus vandaag weer zouden terugstappen. Op de weg naar beneden, waarbij knikkende knieën niet onder controle te houden waren, bezochten we nog het museum en wandelden met een hoofd licht van de magie naar ons huis op vier wielen.


'Inca'

Norton Pub

Incamuur

Op naar Machu Picchu

Treinspoor

Vroeg uit de veren

We zijn er!

Machu Picchu ontwaakt

Kijk daar ligt Patsjoe Mietsjoe!


donderdag 12 april 2012

Llama loco


De laatste week reden we in het rallyspoor van Dakar door Peru. Van Lima zagen we niet meer dan de periferique en we bolden flink wat kilometers zuidelijker door de zandbak tot we de speeltuin van Huacachina bereikten. Hier klommen we puffend op hoge duinen voor een machtig woestijnuitzicht en zonsondergang, om daarna me een sandboard naar beneden te surfen. We bleven enkele dagen pakken in deze (letterlijke) oase naast een meertje en tussen het geronk van stoere buggy’s en gebonk van discotheken.

Onze volgende stop was Nazca, waar eeuwenoude gigantische lijntekeningen in het zand bewaard zijn. Eerst gingen we vanop een afgelegen bergtop naar wat weinigzeggende spiralen kijken, maar daarna passeerden we een torentje van waarop je een getekende grote boom en een kikker kon zien. Echt indrukwekkend, zeker als je bedenkt dat de artiesten waarschijnlijk nooit zelf hun eigen werk vanuit de hoogte hebben kunnen aanschouwen. Daarna was het weer kilometers vreten langs de kale kust tot we een kampeerplekje vonden op de hof bij een toffe familie. Op het strand vonden we er gigantische walvisbotten. ’s Avonds stookte de pater familias een kampvuurtje en liet ons rijkelijk proeven van Peruviaanse wijn en de kinderen deelden hun geroosterde marshmellows. ’s Ochtends kregen we zelfs een hete douche aangeboden, ’t was nodig!

Na een acht-uur lange rit richting bergen, luidkeels Samsonliedjes of Scorpions ballades meezingend, kwamen we aan in Arequipa, de witte stad. Pittoreske straatjes, impressionante koloniale gebouwen in witte vulkaansteen en Paasprocessies konden ons een dagje boeien, maar dan vluchtten we toch weer de stad uit. Over altiplano richting Colcacanyon, de tweede diepste canyon ter wereld (de honderd meter diepere ligt er vlak naast).  Op de pampa’s onderweg spotten we enkele Vicuñas (wilde Lamas), veel schattige Alpaca kuddes (wollige Lamas) en trotseerden Ons Monster 4800 meter, een nieuw record.  De hoogte speelde de komende dagen toch wat met ons lichaam, slapeloze nachten met levendige dromen en regelmatig een licht hoofdpijntje. Op een wandeling naar een geiser op 4200m raakten we een beetje verdwaald in de mist en keerden we na twee uurtjes kortademig stappen dan maar terug naar de warmte van een reiscafé waar we stoere verhalen deelden en lekkere Alpaca aten.

In de Grand Canyon in de US volgden we een rangerprogramma over Condors, maar kregen we er nooit een te zien. In de canyon del Colca hadden we meer geluk en zagen we op een zonnige ochtend vijf machtig grote Condors op de luchtstromen rondzweven zonder één vleugelslag. Kiekenvleesmoment, echt. Om onze koude nachten te compenseren gingen we eens een paar uurtjes weken in de hotsprigs van de canyon. Daar ontmoetten we een tof Brussels koppel waar we een beschamende mengelmoes van Frans-Spaans-Vlaams-Engels mee praatten. Onze taalgrens was echter geen probleem om een toffe dag te beleven en samen het dorpsfeest van Yanque te verkennen. Daar hadden ze verkleedde Lama’s, gekostumeerde kindjes, een energieke danswedstrijd en lekker maïsbier.

Langs een grote omweg en na 10 uurtjes bollen door onweer en stortbuien zijn we eindelijk aangekomen in Cuzco. Een mooie stad waar we precies wel een beetje meer tijd willen spenderen om de mysterieuze Incacultuur te ontdekken. We zagen al de site van Saqsaywamán (raad de populaire Engelse naam?) en belandden vandaag op een camping met veel andere autoreizigers. Gezellige boel, gewikkeld in Alpacadeken en met een kop warme melk met panela dromen we van de komende dagen in de Sacred Valley en een wandeling naar Matsjoe Mietsjoe.


Babylama

Huacachina dunes

Happy person!

Nazca lines

Colca canyon

Vier maal vier plezier

Condor 

Yanque vrouwtje